Loodzwaar maar vederlicht
‘Shakespeare volgt de geschiedenis precies tot daar waar hij de feiten kan gebruiken. Vervolgens breekt zijn fantasie open.’ Tomas Lieske legt zijn hoofdpersonage Anton meteen de aanpak van zijn nieuwste roman in de mond. ‘Alles kantelt’ is opgebouwd uit enkele sleutelmomenten uit het 67-jarige leven van de auteur, die hij poëtisch bijvijlde om ze naadloos in elkaar te puzzelen. Het resultaat is een bijzonder mooi, persoonlijk en verdomd sterk staaltje autofictie.
De titel van de roman verwijst meteen al naar de labiele grens tussen waarheid en fictie, maar er is veel meer dat kantelt. Persoonlijke ervaringen, trauma’s, moeilijke jeugdjaren en een uitgesproken identiteit: alles kantelt. De truc die Lieske toepast om dit wankelen nog duidelijker te maken, is de ik-persoon te ontdubbelen in een jonge en een oude Anton Milot.
Zo begint het verhaal wanneer de oude Anton, mid-dertiger, op straat plots een jongetje tegenkomt dat hij herkent uit zijn fotoalbums van vroeger. Het blijkt hemzelf te zijn, maar dan zo’n kwarteeuw jonger. Samen trekken ze op doorreis door Duitsland om Shakespearebewerkingen van Peter Zadek en Peter Stein bij te wonen. Dat geeft hen ruim de tijd om elkaar hun deels gedeelde leven te vertellen.
Liefdesverhalen
Wat blijkt? Beide worstelen met het verlies van hun grote liefde. De oude Anton verloor zijn vrouw Robin zes jaar eerder in een verkeersongeval. Zijn jongere variant treurt om het plotse vertrek van zijn onmogelijke liefde Rosemarie, een Duitse vluchtelinge die zeven jaar lang in zijn gezin werd ondergebracht. Vooral dat laatste verhaal wordt, vaak tot in de kleinste details, prachtig uitgewerkt in beeldrijke, poëtische passages.
Logisch ook, omdat de jonge tienjarige Anton zich op die specifieke leeftijd bevindt waarop alles begint te kantelen. Zijn ontluikende erotiek bijvoorbeeld, die een boost krijgt door de pittige en opvallend weinig preutse Rosemarie. Zijn mensbeeld ook, dat hij vormgeeft in een schriftje waarin hij de mens hiërarchisch opdeelt in zes aan elkaar ondergeschikte klassen – veelbetekenend als je dit plaatst tegen de historische achtergrond van de Duitse oorlogsjaren. En tenslotte kantelt ook de vader-zoonrelatie. Kijkt de kleine Anton aanvankelijk vol bewondering naar zijn autoritaire maar moreel niet onbesproken vader, dan houdt hij aan het einde van het boek zijn vaders eigen pistool op hem gericht…
Zware thema’s vederlicht
Eens te meer bewijst Lieske een echte rasschrijver te zijn. Het opzet mag dan een pak minder spectaculair zijn dan in zijn vorige roman ‘Dünya’ – waar hoogtewerkers als trapezeartiesten balanceren op nokken van zeppelins en onervaren jongelui een baby meezeulen langsheen brandende oorlogstaferelen – toch dekt deze schijnbaar makkelijke roman een verdomd zware lading. Van familiale hypocrisie en verdoken oorlogsslachtoffers tot nazisme op de schoolbanken, pedofilie en zware psychologische thema’s als de selectiviteit van het geheugen, identiteitscrisissen en Shakespeares vadermoord. Genoeg thema’s dus om er een loodzware kloefer van te maken, maar met zijn verfijnde pen en grote subtiliteit slaagt Lieske erin al deze thema’s te vervlechten tot één geloofwaardig verhaal, enorm aangrijpend op de koop toe.
Wij durven het al eens moeilijk hebben met de karrenvracht aan boeken die veel te dure etiketten als ‘postmoderne autofictie’ opgekleefd krijgen. Met ‘Alles kantelt’ daarentegen bewijst Lieske dat het genre ook pareltjes kan bevatten. Loodzwaar maar vederlicht: verbluffend sterk.
Cédric Raskin
Voor Cutting Edge